Op woensdag 5 september zou de Haringvlietdam voor het eerst bij opkomend water opengesteld worden, zodat ook vislarven en kleine vis van de zeezijde het Haringvliet op kunnen zwemmen of stromen. Het moest de start zijn van een brakwaterzone in het Haringvliet. De lage waterafvoer van de rivieren stond dit mooie moment helaas in de weg.
De internationale Rijncommissie had ter gelegenheid van de opening een excursie georganiseerd naar de monding van de Rijn. Dat bood de kleinschalige beroepsvisserij in het Goerese Gat een goed moment om zichzelf te presenteren.
Job Bout sprak over zijn visserij op harder en zeebaars in het gebied. Miranda Bout hield een pleidooi voor samenwerking tussen vissers, wetenschappers en natuurbeschermers. Johan Seeters demonstreerde zijn methode van vissen op garnaal en wolhandkrab. Arjan Heinen liet de aanwezige onderzoekers, sportvisserijvertegenwoordigers en ambtenaren uit Nederland, Duitsland en Frankrijk zien welke technieken er waar gebruikt werden en hoe gering de bijvangsten aan Salmoniden zijn. In 2017-2018 bedroeg dat niet meer dan 0,2% van de totale vangst.
De beroepsvisserij is daar blij mee. Er waren nogal wat vragen over de bijvangst van riviertrekvis door de vissers achter de dam. Door hun gegevens bij elkaar te leggen in een rapport zijn hopelijk deze vragen beantwoordt.
De vangsten van de vissers bestaan voor meer dan de helft uit wolhandkrabben. Daarnaast is er veel bot, een gedeelte paling en uitgespoelde snoekbaars.